Wat maak je als je een man of dertig op verjaardagsvisite krijgt en je weet dat er steevast een stuk of twintig blijven plakken tot etenstijd? Juist, een enorme pan soep. Deze tomatensoep is makkelijk (zijn niet alle soepen dat?), vult goed en is niet duur.
Op de Afrikaandermarkt kocht ik voor 2,50 een hele krat trostomaten. Ook vijf platte Turkse broden gingen mee naar huis (niet allemaal voor in de soep, ook voor bij de borrel).
In receptenboeken staat bijna altijd dat je de tomaten moet ontvellen en ontpitten, maar bij zoveel kleine tomaten begin ik daar niet aan. Je kunt dan trouwens net zo goed wat blikken gepelde tomaten gebruiken, net zo lekker (had ik al gezegd dat ik een luie kok ben?).
In een grote pan fruit je flink wat gesnipperde ui (minstens drie voor deze hoeveelheid). Als de ui zacht is, doe je daar ook vijf tenen knoflook bij. Meer mag ook. Even laten meebakken, en dan kunnen de in stukken gesneden tomaten erbij (geen idee hoeveel het er waren. Anderhalve kilo? Twee kilo?). Ik haal het harde midden er altijd uit. De boel regelmatig omscheppen zodat alle tomaten meebakken. Vervolgens schenk je er groentebouillon bij (gewoon bouillonblokjes en water mag ook hoor), en zachtjes laten sudderen maar. Na een half uur kun je proeven en zout en peper naar smaak toevoegen. Als de tomaten niet stuk zijn gekookt kun je de staafmixer er nog doorheen halen. Een wat grovere soep kan ook – lekker rustico.
Als laatste doe je het in stukjes gescheurde witte brood erbij (dat mag best oud brood zijn) en laat je de boel nog een tijd zachtjes pruttelen tot je een zachte, dikke soep hebt. Een handvol verse basilicum erdoor, serveren, en je gasten zijn gelukkig. En jij ook.